Weten

Zo leg je een verouderend gen stil

Wetenschappers zijn een gen op het spoor dat het verouderingsproces versnelt: als het bij muizen wordt weggehaald, blijven ze langer gezond en leven ze langer. Bij gezonde honderdjarigen is het minder actief dan bij normale bejaarden. Stef Verlinden, een arts en onderzoeker uit Leiden, ontwikkelde een voedingssupplement om dit ‘ouderdomsgen’ te onderdrukken. Heeft hij een krachtig anti aging-middel in handen?

Niet roken, matig of liever helemaal geen alcohol drinken, gezond eten, veel bewegen, voldoende slapen en niet te veel stressen: wie zich braaf aan deze overbekende leefregels houdt, vergroot de kans aanzienlijk om zonder kwalen een respectabele leeftijd te bereiken. Dat wil zeggen dat de gemiddelde Nederlander heel dankbaar dient te zijn als hij/zij met een verantwoorde manier van leven helder en niet al te krakkemikkig de tachtig mag aantikken. Maar vreemd genoeg geldt deze voorwaarde niet voor een zeldzame mensensoort, de high-performing centenarians. Dat zijn taaie bejaarden die  – soms rokend, drinkend en snoepend –  honderd of zelfs ouder worden en daarbij nauwelijks geplaagd worden door ouderdomskwalen zoals diabetes, aderverkalking en kanker. Het beroemdste voorbeeld is Jeanne Calment, de Française die het wereldrecord oud worden in handen heeft en in 1997 op haar 122-ste de laatste adem uitblies. Ze fietste nog op haar honderdste en woonde tot haar 109-ste zelfstandig. En ze was dol op port, at een kilo chocolade per week en rookte tot haar 117de.

‘Wat opvalt is dat deze mensen er over het algemeen helemaal geen gezondere lifestyle dan anderen op na houden,’ vertelt de Leidse arts en onderzoeker Stef Verlinden. ‘Qua roken, drinken, eten en bewegen onderscheiden zij zich niet van gewone bejaarden. De Amerikaanse onderzoeker Nir Barzilai doet onderzoek naar deze groep. In dat kader ging hij eens op visitie bij een dame van 103 in New York. Die vrouw kwam rokend en wel opdoen. Barzilai viel bijna om van verbazing: Heeft niemand u verteld dat u moet stoppen met roken? Ja hoor, zei ze, al mijn vier huisartsen, maar die zijn ondertussen allemaal dood.’

Stef Verlinden

Verlinden heeft een opmerkelijke visie op de superbejaarden: ‘Deze mensen bewijzen dat het mogelijk is om gezond minimaal honderd te worden. In plaats van ze als zeldzame uitzonderingen te zien, kunnen we ze als maatstaf van normale veroudering nemen. Als je het zo bekijkt, lijden wij vrijwel allemaal aan versnelde veroudering. Het feit dat de kinderen van vitale honderdjarigen vaak ook zonder gezondheidsproblemen een hoge leeftijd bereiken, suggereert dat er erfelijke eigenschappen in het spel zijn. Laten we ons als onderzoekers op die eigenschappen concentreren. Kunnen we die preventief beïnvloeden? Kunnen we het genetische voordeel van gezonde honderdjarigen nabootsen waardoor we allemaal gezond honderd kunnen worden?’

Verlinden denkt dat dit mogelijk is. Sterker, hij stelt dat daarvoor waarschijnlijk maar één gen aangepakt hoeft te worden, NLRP3. Hij wijst op een onderzoek uit 2013 waarbij dit gen bij muizen werd verwijderd: vergeleken bij ongemanipuleerde soortgenootjes hadden de dieren bij het ouder worden minder last van spier- en botverlies, bleef de afweer beter op peil en bleven ze scherp. ‘En guess what, ze leefden 30 procent langer!’

Genen zijn stukjes DNA die een code kunnen bevatten voor het maken van een eiwit. Het NLRP3 gen codeert voor het NLRP3 eiwit. ‘Dat eiwit lijkt een soort sensor voor het aangeboren immuunsysteem te zijn,’ legt Verlinden uit. ‘In elke cel liggen een aantal van deze sensoren. Het originele idee is dat deze sensoren getriggerd worden door een bacterie, virus of door stofjes die ontstaan bij weefselschade.’  Zodra NLRP3 wordt geactiveerd, start een complexe kettingreactie in de cel waarbij een reeks ontstekingsbevorderende signaalmoleculen worden gevormd. Het resultaat is dat de cel zichzelf als het ware opblaast in een proces dat pyroptose wordt genoemd. ‘Daarmee is dan meteen de gevaarlijke indringer opgeruimd.’

Verlinden benadrukt dat dit zelfvernietigingssysteem strak gereguleerd wordt, omdat het in potentie veel kwaad kan aanrichten. ‘Anders zouden we waarschijnlijk allemaal veel pijn lijden en niet lang leven.’ Wat er gebeurt als het NLRP3 systeem ontspoort, wordt duidelijk bij de zeldzame erfelijke ontstekingsziekte cryopyrin associated periodic syndrome (CAPS): De patiënten lijden aan hevige koortsaanvallen en doorstaan gruwelijke pijnen.

Ook bij jicht speelt NLRP3 een rol. ‘Daarbij slaan ureumkristallen neer in de gewrichten,’ zegt Verlinden. ‘Maar die ureaumkristallen triggeren ook NLRP3 en dan krijg je reumatische aanvallen.’

En dat is een essentieel nieuw inzicht: NLRP3 wordt niet alleen geactiveerd door ongewenste indringers en stofjes die vrijkomen bij weefselschade, maar ook door verbindingen die het ouder wordende lichaam zelf in toenemende mate aanmaakt: cholesterolkristallen, de ‘alzheimereiwitten’ amyloïde en tau en het ‘parkinsoneiwit’ alfa-synucleïne blijken allemaal NLRP3 te prikkelen [bron, bron, bron, bron]. Als we ouder worden gaan bovendien de mitochondriën, de energiefabriekjes in onze cellen, slechter functioneren. Daarbij scheiden ze steeds meer alarmstofjes en schadelijke oxidanten uit – ook die kunnen NLRP3 activeren [bron].

Het is allemaal niet voldoende om ervoor te zorgen dat cellen zichzelf opblazen, maar wel om NLRP3 bij het stijgen van de leeftijd zodanig te prikkelen dat het lichaam in een permanente toestand van ontsteking belandt – je voelt daar niks van maar ondertussen wordt je gezondheid aangetast. Deze sluimerende ontstekingsactiviteit, ook wel ‘chronische stille ontsteking’ of ‘inflammaging’ genoemd,  wordt gezien als een belangrijke component van een reeks verouderingsziektes zoals dementie, diabetes en hart- en vaatziekte – en van het verouderingsproces zelf.

Terug naar de superbejaarden, de uitzonderingen die – soms ondanks slechte gewoontes  – de honderd halen en daarbij gezond blijven. Wat blijkt? Terwijl de activiteit van NLRP3 normaal gesproken gestaag toeneemt bij het ouder worden, gebeurt dat niet bij deze geluksvogels. Zij hebben op hun honderdste niveaus van NLRP3 eiwitten in hun cellen die even laag zijn als die van jongere individuen (29-39 jaar) [bron]. Bovendien hebben ze lage niveaus van een reeks ontstekingsbevorderende moleculen.

Terwijl de rol van het NLRP3 gen vanaf 2000 in verschillende stappen werd onthuld, neemt de wetenschappelijke aandacht ervoor de laatste tijd snel toe. Het gen wordt inmiddels in verband gebracht met onder meer met diabetes type-2, cystic fibrosis (taaislijmziekte), hartinfarct, alzheimer, parkinson en verschillende vormen van kanker. In de strijd tegen deze rampspoed experimenteren verschillende onderzoeksgroepen en farmaceuten met geneesmiddelen die NLRP3 remmen [bron]. Er worden bij sommige ziektes zelfs al verschillende geneesmiddelen ingezet die NLRP3 zelf of NLRP3 gerelateerde ontstekingsstofjes tegenwerken. Het probleem met de bestaande NLRP3 remmers is echter dat ze zwak werken en/of bijwerkingen geven.

Verlinden besloot op jacht te gaan naar een stof die NLRP3 effectief en zonder bijwerkingen dempt. Want stel dat je NLRP3 op een veilige manier in toom kunt houden…Verlinden vermoedt dat je daarmee een belangrijke genetische eigenschap van gezonde honderdjarigen imiteert, waardoor je als gewone sterveling er zomaar tien of twintig gezonde jaren bij kunt krijgen. Met behulp van een middel dat NLRP3 remt, is zijn gedachte, kunnen we terugschakelen naar een lager verouderingstempo en worden we even onverwoestbaar als de vitale honderdjarigen.

Verlinden ging spitten in de wetenschappelijke literatuur rondom NLRP3 remmers en stuitte op een veelbelovende verbinding uit Indian redwood. Hij doopte het Youngenin, begon de biotechnologische start-up Yoxlo (‘Yoxlo believes you can be as active at 95 as you are today, by slowing the age process now’) en ging opzoek naar investeerders. Dat laatste is geen geringe opgave. ‘Het is extreem kostbaar en tijdrovend om een nieuw geneesmiddel op de markt te brengen, en er is een reële kans dat het mislukt omdat het niet aan de verwachtingen voldoet of te veel bijwerkingen geeft,’ vertelt hij. ‘Potentiële investeerders willen altijd twee dingen van mij weten: Gebruik je het zelf en is er een markt voor? Op beide vragen moet ik ontkennend antwoorden. Want de veiligheid van Youngenin moet nog worden aangetoond en ik had geen verkoopbaar anti-aging product in handen waarmee ik kan laten zien dat daar vraag naar is.’

Terwijl Verlinden met de hindernissen worstelde die bij medicijnontwikkeling horen, viel zijn oog een jaar geleden op een opmerkelijke wetenschappelijke publicatie. Daarin beschreef Rajogopa Sekhar, een Amerikaanse onderzoeker van Indiase komaf, hoe oudere proefpersonen er cognitief op vooruit waren gegaan door twee aminozuren te slikken die al sinds jaar en dag in de schappen van vitaminewinkels liggen: glycine en N-actelylcysteïne (NAC). ‘Ik moet eerlijk zeggen dat ik in eerste instantie dacht: deze geweldige effecten met twee aminozuren, dat kan toch niet waar zijn? Maar ik werd wakker toen ik verder ging zoeken en erachter kwam wat die aminozuren in ons lichaam doen.’

Zoals hierboven beschreven, produceren de mitochondriën, de energiecentrales van onze cellen, naarmate we ouder worden steeds minder efficiënt energie terwijl ze steeds meer oxidanten uitstoten. Deze oxidanten schaden de cellen en worden gezien als een belangrijke oorzaak van ziekte en veroudering. Cellen beschermen zichzelf tegen oxidanten door een zeer krachtig antioxidant te maken: glutathion. Met het stijgen van de leeftijd loopt de aanmaak van deze waardevolle stof echter aanzienlijk terug [bronbron]. Hoe komt dat? Glutathion bestaat uit drie aminozuren: glutaminezuur, glycine en cysteïne. Die krijg je binnen met voeding en kan het lichaam ook zelf maken. Sekhar had ontdekt dat de beschikbaarheid van glycine en cysteïne in cellen bij ouderen desondanks afneemt. En daardoor stokt dus de aanmaak van glutathion. Met een reeks experimenten heeft Sekhar aangetoond dat je het niveau van glutathion volledig en veilig kunt herstellen door extra glycine en cysteïne (in de vorm van NAC) in te nemen [bron]. Sekhar noemt de combinatie GlyNac. Oudere proefpersonen krijgen dankzij GlyNac niet alleen hun jeugdige glutathionwaarden terug, ze gaan in tal van andere opzichten meer op jongeren lijken. Het slikken van GlyNac leidt bij oudere proefpersonen tot onder meer:

-Verminderde chronische ontstekingsprocessen

-Verbetering van de endotheelfunctie (gezondere bloedvaten)

-Verbetering van de bloedsuikerhuishouding (gemiddeld 59 procent minder insulineresistentie)

-Minder afbraak van spiereiwitten (minder sarcopenie)

-Een lager vetpercentage en buikomtrek (slanker!)

-Verbeterde scores op alle gemeten cognitieve functies (slimmer en scherper)

-Verbeterde loopsnelheid en knijpkracht (sneller en sterker)

-Verbeterde functie van de mitochondriën

Of proefpersonen dankzij GlyNac ook langer zullen leven, is op basis van Sekhars experimenten niet te zeggen. Echter, muizen die hij GlyNac voerde, leefden 24 procent langer [bron], bijna even lang als muizen waarbij het NLRP3 gen is verwijderd. Meer over het werk van Sekhar in de blog Levenselixer voor ouderen ontdekt?

Volgens Sekhar is de brede verjongende werking van glutathion te danken aan de krachtige antioxidante werking ervan. Verlinden heeft echter een belangrijke aanvullende verklaring: ‘Glutathion is ook een NLRP3-remmer!’ Hij wijst op een wetenschappelijk overzichtsartikel uit 2022. Daarin wordt beschreven hoe volgens recente inzichten dalende glutathionwaarden samengaan met een breed scala aan kwalen, van geestelijke achteruitgang tot autoimmuunziektes, die allemaal worden gekenmerkt door een foutieve activatie van NLRP3. Volgens de auteurs speelt glutathion dan ook een centrale rol in het beïnvloeden van NLRP3: hoe lager het glutathiongehalte, des te actiever NLRP3. Blijft het glutathiongehalte hoog, dan roert ook NLRP3 zich niet.

Glutathion dempt NLRP3 niet alleen rechtstreeks, maar ook via een omweg dankzij de gunstige invloed op mitochondriën. Zoals ook al in de experimenten van Sekhar te zien was, zorgt het verhogen van glutathion met GlyNac ervoor dat roestige mitochondriën weer beter gaan presteren. Daardoor stoten ze minder alarmstofjes en oxidanten uit die NLRP3 prikkelen.

Terwijl wetenschappers en farmaceuten naarstig opzoek zijn naar medicinale NLRP3 remmers, besluiten de auteurs hun overzichtsartikel met het voorstel glutathion bij NLRP3 gerelateerde ziektes in te gaan zetten: in tegenstelling tot farmaceutische verbindingen die vaak bijwerkingen geven, hoort glutathion van nature in lichaam thuis en is al langer bekend dat het toedienen ervan veilig is. Sekhar stelt echter in deze blog dat het voordeliger en beter is om het lichaam zelf meer glutathion te laten produceren door GlyNac in te nemen.

Verlinden besloot het spoor van Youngenin tijdelijk te verlaten en zelf een voedingssupplement met GlyNac te maken. ‘Daarmee kan ik namelijk twee dingen doen: ik kan het zelf gebruiken en ik kan laten zien dat andere mensen het ook willen, kortom dat er een potentiële markt voor dit soort anti-aging producten is. Daarmee kan ik dan wellicht investeerders interesseren om door te gaan met de rest van het onderzoek naar Youngenin.’

Het samenstellen van een supplement met GlyNac bleek niet zo eenvoudig als hij aanvankelijk had gedacht. ‘Er zijn twee problemen met GlyNac als voedingssupplement: je hebt er een hoge dosis van nodig en de meeste mensen vinden NAC erg vies. Het smaakt naar rotte eieren en is erg zuur. Maar als je een dagdosis GlyNac in capsules stopt die je makkelijk weg kunt slikken, moet je daar handenvol van nemen. Daarom heb ik een drinkpoeder ontwikkeld met aanvullende stoffen waardoor het toch goed smaakt. Met de dagdosis krijg je de hoeveelheid GlyNac binnen die Sekhar met succes bij zijn proefpersonen gebruikt.’

Het GlyNac-poeder is sinds drie maanden verkrijgbaar en Verlinden heeft zich weer op Youngenin gestort. Want de arts-onderzoeker ziet kansen om zijn bevindingen met Youngenin en GlyNAC te combineren om zo tot een nieuwe formulering te komen die NLRP3 nog krachtiger kan remmen dan de stoffen afzonderlijk. Ondertussen imiteert hij het genetische voordeel van de vitale honderdjarigen door elke dag trouw zijn eigen smoothie met GlyNac te drinken.

Tekst Pim Christiaans / Life Unlimited

P.S.  Rajogopa Sekhar gebruikte voor zijn onderzoek glycine en N-acetylcysteïne in hoge doseringen. Bij een lichaamsgewicht van 75 kg komen die neer op 7,7 gram glycine en bijna 10 gram NAC.

Verwant onderwerp: Levenselixer voor ouderen ontdekt?

Boeiende blog? Door hem te delen steun je deze site. Je kunt ook HIER een kleine donatie doen. Dank!

 

.

E-gids met de nieuwste adviezen!

In deze praktische E-gids staan de nieuwste adviezen om je hersenen in topvorm te houden met natuurlijke methoden en middelen. De wetenschappelijke ontwikkelingen gaan snel; zodra er een nieuwe manier is ontdekt om je brein tegen veroudering en ziekte te beschermen, wordt de gids geactualiseerd. Als je een account op deze site hebt, kun je altijd over de laatste versie van BESCHERM JE BREIN beschikken. Zo blijf je honderd procent up to date en loop je geen belangrijke nieuwe adviezen meer mis.